04 Mij, Schaap

Mark Boog

uit Er moet sprake zijn van een misverstand, Cossee, Amsterdam, 2010

e60w

Mark Boog laat een schaap spreken. Ja, zo zou een schaap kunnen denken; heel herkenbaar. Dat wil zeggen, zo denken wij, mensen, dat een schaap denkt, omdat dat de natuur van een schaap is: lijdzaam, berustend, afwachtend, 'vol overgave'. Het maakt het schaap allemaal niets uit: een dikke wollen vacht meetorsen of kaalgeschoren zijn.

Dat doen wij met graagte (en het is een oud thema in de literatuur): aan dieren menselijke eigenschappen, karakters, toekennen, en het karakter dat wij op een schaap projecteren heeft Mark Boog raak verwoord in zijn gedicht.

Maar daarmee gaat het dus ook over onszelf, we herkennen ook menselijke karakters in dat beeld. Positief of negatief? Wij zijn geneigd schapen als dom en een beetje sullig te zien; wij hebben eigenlijk meer waardering voor kracht, voor actie, initiatieven nemen, het lot in eigen handen nemen, dan voor berusting en overgave.

Maar je kan die overgave ook in een ander licht zien: 'Ik ben gelukkig met wat ik heb.' Geen vechten tegen wat onvermijdelijk is, geen wezenloze opstand tegen de natuurlijke loop der dingen: 'elk verzet is hol.' In plaats daarvan: het besef deel uit te maken van het verstrijken van de tijd, en daaruit tevredenheid putten.